De laatste ronde. We konden kampioen worden, maar dan moest het wel allemaal meezitten. Om te beginnen moesten we natuurlijk van tegenstander Botwinnik 2 zien te winnen. En als Philidor Leiden 3 met grotere cijfers dan wij zouden winnen, dan waren we alsnog tweede. Maar als ze met gelijke cijfers zouden winnen, dan gaat artikel 7.5 van het competitiereglement in werking: ‘Als aan het einde van de competitie twee of meer teams in een groep hetzelfde aantal bordpunten hebben behaald, wordt hun volgorde bepaald door het aantal matchpunten uit de onderlinge wedstrijd(-en) en als dat ook gelijk is, het aantal bordpunten uit de onderlinge wedstrijden’. Dit is heel ingewikkeld opgeschreven, bedoeld voor de situatie dat bijvoorbeeld vijf teams gelijk eindigen. Maar als het maar twee gelijk eindigende teams betreft, dan gaat het gewoon om het onderling resultaat. En wij hadden van Philidor Leiden 3 gewonnen.
Het is inmiddels traditie dat Marjolein als eerste klaar is. Het ging een tijd niet zo goed met haar schaakprestaties maar ze had het advies van de clubkampioen ‘je moet gewoon puzzeltjes op gaan lossen’ ter harte genomen. Dat resulteerde in een spectaculaire offer partij waarbij haar tegenstander gewillig een handje hielp door zijn dame buiten spel te zetten en zijn toren op een raar veld te plaatsen. Net toen ze dacht, ‘nu moet ik toch dat stuk nog een keer terug zien te winnen’ liet haar tegenstander zich mat zetten.
Henk de Heer zorgde niet veel later voor het volgende punt. Voor het eerst sinds 36 jaar speelde hij een partij waar hij tevreden over was. Het leek op een Slaaf, en het leek op de lessen die hij van onze clubkampioen had gehad. Hij zette zijn tegenstander mat. Henk is daarmee topscorer van het tweede, met 4,5 uit 5 een TPR van 2049.
Het is ook een traditie dat Hans Tuit snel klaar is. Maar hij onthult nu wat de reden daarvan is. ‘Aan bord 6 werd duidelijk wie dit seizoen ‘de mol’ was. Ik heb verwoede pogingen de kampioensaspiraties van het team te frustreren, maar het is me uiteindelijk net niet gelukt. Ook nu weer een 0 aan mijn bord en weer door een stuk weg te geven. Misschien wed ik wel op mijn eigen partijen…’
Sjaak Oosterlaken debuteerde in het tweede. Hij vroeg de teamleider of er regels waren voor het remise aanbieden. Die zijn er niet. De teamleider is van mening dat de spelers zelf het best weten of ze remise kunnen aanbieden of aannemen. De een vindt het vreselijk om een middag te pielen achter een stel dichtgeschoven pionnen, de ander kan zijn geluk niet op om een obscuur eindspel tot op het bot af te kluiven. Sjaak stond weliswaar een pionnetje voor toen hij dus toch zijn aanbod deed, maar daar had hij veel tijd voor nodig gehad.
Bij Botwinnik hadden ze wel regels voor de remise. Tot driemaal toe kreeg Sjaaks tegenstander te horen dat hij nog maar even vijf minuutjes moest wachten met zetten. Maar toen mocht hij het eindelijk van zijn teamleider aannemen.
Leen had met zwart zijn favoriete opening op het bord gekregen. De witspeler gebruikte veel tijd en durfde het aan om een pionoffer aan te nemen, terwijl hij begrepen moet hebben dat Leen wél en hij zelf níet wist hoe de theorie in elkaar zat. Kort daarna ging het echter mis. Een kwaliteitsoffer van zijn tegenstander leverde hém nog een pion maar Leen een versplinterde zwarte pionnenstructuur op. Gelukkig ging hier het verschil in tijd meespelen. In plaats van door te pakken (computer waardering +2.50) kreeg zwart de kans om de verdediging wat beter te organiseren. Na het terugveroveren van de zevende rij en daarna de d-lijn, werden in een slechts iets mindere stand (+0.30) de zetten herhaald.
Hans van Steijn had zich goed voorbereid tegen de speler die helaas aanschoof tegenover zijn buurman Mark. Zijn tegenstander lanceerde vrij vroeg een pionnenstorm op de koningsvleugel. Na de aanval gepareerd te hebben was het Hans’ beurt op de damevleugel. Door de a-pion en de torens op de c-lijn te combineren kon hij de damevleugel zodanig versterken dat hij een pion won en wikkelde hij af naar een paard toreneindspel. Hierbij rolde hij de ver opgerukte pionnen aan de andere kant van het bord op en kon zo de winst veiligstellen.
En toen stond het dus 4-2. Als we een half puntje konden winnen uit die laatste twee partijen, hadden we in ieder geval evenveel matchpunten als Philidor Leiden 3 (ervan uitgaand dat die zouden winnen).
Bij Mark lukte dat in ieder geval niet. Zijn partij was een leerzaam moment, in de opening pakte hij wat ruimtevoordeel maar dat had hij nog veel beter kunnen uitbuiten. Zijn tegenstander kreeg daarom voldoende tegenspel en door in een gelijkwaardige stelling de foute keuze te maken om de dame te ruilen, gaf Mark de partij weg.
Het wachten was nu op Sofia, haar partij was de laatste van alle 24. Sofia wint meestal door haar tegenstander in de opening en het middenspel helemaal weg te combineren, maar nu was het bord zo goed als leeg, met alleen een paard en drie pionnen voor beide spelers. Het was een bijzonder gezicht: een grietje van nog maar 13 jaar oud met allemaal kerels om haar heen die haar partij bekeken, het invoerden op hun telefoontjes, er met elkaar over overlegden. Heeft ze een winst gemist? Misschien. Maar ze hoefde die stelling niet te verliezen en dat deed ze dan ook niet.
We hadden dus onze twee matchpunten, maar met de kleinst mogelijke overwinning. Hou zou de concurrentie het gedaan hebben? Dat hebben we toen maar bij Dimitra afgewacht. Het was van tevoren nog een heel gedoe om op zo een drukke zaterdagavond voor een grote groep bij de Griek te kunnen reserveren. Het kon eigenlijk alleen maar als we allemaal hetzelfde zouden gaan eten. Bovendien was de vaatwasser stuk en werd ons gevraagd eigen bord en bestek mee te nemen.
Toen de schalen dampend van het vlees opgediend werden, kwam het verlossende bericht. Ook Philidor Leiden had met het kleinst mogelijke verschil gewonnen. En dat betekende dat Woerden 2 zich de winnaar mag noemen van groep 5G.
In Woerden 2 speelden dit jaar (aantal wedstrijden tussen haakjes): Hans van Steijn (7), Leen de Jong (7), Marjolein Theunissen (7), Hans Tuit (6), Mark Pieterse (5), Annie de Jong (5), Olivier Huizer (4), Jan Bulk (3), Sofia Moskalets (2), Henk Dankers (1), Chris Klaassen (1), Jory Koot (1), Sjaak Oosterlaken (1) en Michiel Somers (1).