Het was weer mooi om op bezoek te komen in Het Huis Utrecht. Na de traditionele verwelkoming door de OZU knuffelbeer konden we ons vergapen aan de prachtige foto’s van Kasparov en Carlsen. Een echte schaakzaal dus.
En geschaakt werd er. Op het scherpst van de snede. Slechts twee partijen eindigden in remise. Het was Jaap van der Tuuk die, na een voor hem aanvankelijk prettig verlopen opening, een verkeerd plan koos dat leidde tot een vervelende dubbelpion die zijn eigen aanvalspotentieel blokkeerde. Hij zag geen beter plan dan een remisevoorstel, dat door Selman Ercan werd geaccepteerd. Jelle Wiering speelde met zwart tegen Freek Busstra het eindspel met verve en kon kiezen tussen een extra pion of een kwaliteit. Hij koos de kwaliteit, maar de stelling zat daarna zo op slot dat hij er niet doorheen kwam en ook in remise moest berusten.
Sten Goes speelde de opening zeer nauwkeurig en wist tegen André Bouwmeester een kansrijk eindspel te bereiken. Het enige probleem was dat het hem wel veel tijd had gekost. Het was voor Bouwmeester aanleiding om te polsen of Sten niet iets voor remise voelde. Niet echt. Sten speelde het eindspel overtuigend tot zijn tegenstander zichzelf in het zwaard wierp. Ook de partij van Bas Jansen tegen Hemmo Mulder verliep prettig. En ook daar moest Bas een remiseaanbod vriendelijk afslaan. In een dame-eindspel had Bas een dodelijke verre vrijpion. Hij moest er alleen voor zorgen dat zijn koning niet eeuwig werd belaagd. De pion deed de rest. Sofiia Moskalets lijkt iedere opening te kunnen spelen alsof ze dat al jaren doet. Meindert van der Linde koos met zwart een agressieve opzet, waar vrij soepel de angel uit werd getrokken. Toen Meindert tegen beter weten in de zaak trachtte te forceren kreeg hij het lid op de neus. Nadat hij zijn dame moest opgeven gooide hij de handdoek in de ring.
Rolinde den Heijer leek tegen Albert Jan Hummel aardig uit de opening te komen, maar had moeite haar aanval van de grond te krijgen. Ze grabbelde een centrumpion mee, maar dat opende het centrum en haar koning was nog niet in veiligheid. De tactiek die daarna volgde pakte daarom in haar nadeel uit. Bij Jacco Lind verliep de opening tegen Arie Schwartz niet helemaal zoals hij zich dat had voorgesteld. Hij kwam gedrukt te staan en van enig tegenspel was nauwelijks sprake. Jacco kon de druk niet weerstaan en verloor.
Het was daarmee 4-3 voor Woerden en alleen de partij van Marcel Schroer tegen Jan Maarten van den Boogaart was nog aan de gang. Na een voor Marcel moeizaam verlopen middenspel was er een interessant eindspel op het bord verschenen. Marcel had een pion meer, maar Jan Maarten had een erg actieve koning. Marcel koos de scherpste voortzetting. Met een dubbel pionoffer creëerde hij een dodelijk vrijpion op c6. Jan Maarten daarentegen had een matnet om de koning van Marcel gedrapeerd. Eén moment van aarzeling, deed Marcel de das om. Zijn pion kon daardoor niet meer promoveren en de koning kon het mat niet meer ontvluchten.
Zo werden in Utrecht uiteindelijk toch de punten gedeeld. OZU – Woerden 1 : 4-4
Voor de details, zie: https://knsb.netstand.nl/pairings/view/14803